De minister van LNV moet de locatiegegevens van tien zogenoemde PAS-meldingen openbaar maken. Dit volgt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De hoogste bestuursrechter bevestigt hiermee een eerdere uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland die in juli 2020 tot hetzelfde oordeel kwam. De uitspraak heeft tot gevolg dat de minister de adres- en topografische gegevens van tien agrarische bedrijven openbaar moet maken, zoals milieuorganisatie MOB had gevraagd. Deze agrarische bedrijven deden in de periode 2015-2019 een PAS-melding. Uit praktische overwegingen besloot de rechtbank eerst uitspraak te doen over tien meldingen van agrarische bedrijven.
Locatiegegevens zijn emissiegegevens
De Afdeling bestuursrechtspraak oordeelde dat de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) als doel heeft om zoveel mogelijk informatie openbaar te maken over (stikstof)uitstoot in het milieu. Daarom bepaalt deze wet dat, als het gaat om emissiegegevens, de privacy van belanghebbenden geen rol mag spelen bij de beslissing om deze openbaar te maken. De minister had ten onrechte wel rekening gehouden met de privacy en de emissiegegevens mede om die reden geweigerd.
Veiligheid en voorkomen sabotage
De minister hoeft emissiegegevens niet openbaar te maken als de veiligheid van bedrijven daardoor in het geding komt of als daarmee sabotage wordt voorkomen. Daar moeten dan wel concrete aanknopingspunten voor bestaan. De enkele vrees daarvoor is onvoldoende. De minister had niet aannemelijk gemaakt dat de tien bedrijven gevaar liepen als hun locatiegegevens openbaar zouden worden gemaakt.
Gevolg uitspraak
Het gevolg van de uitspraak is dat de minister de gevraagde locatiegegevens van deze tien bedrijven openbaar moet maken. De Rechtbank Noord-Nederland kan nu de zaak over de resterende PAS-meldingen in behandeling nemen en daarin uitspraak doen.