Op bouwlandpercelen op zand- en lössgrond, waarop dit jaar maïs wordt geteeld, mag voor 15 maart geen drijfmest of vloeibaar zuiveringsslib worden uitgereden. Om handhaving mogelijk te maken, dient de landbouwer de voorgenomen teelt van maïs uiterlijk 15 februari te melden bij RVO.nl. Hiervoor moet eerst de perceelregistratie bijgewerkt worden, waarna de melding ingediend kan worden.

Er is sprake van een overtreding, indien voor 15 maart drijfmest of zuiveringsslib wordt uitgereden op een gemeld perceel. De landbouwer is ook in overtreding, wanneer blijkt dat maïs wordt geteeld op een perceel dat niet gemeld is. Omdat het in de praktijk soms later dan 15 februari duidelijk wordt op welke percelen maïsteelt plaats zal vinden, is het mogelijk om de reeds gedane melding uiterlijk op 14 maart te wijzigen. Als de melding gewijzigd wordt, is het telen van maïs als hoofdteelt op het desbetreffende perceel voor dat jaar niet meer toegestaan. Het is in dat geval wel mogelijk om het perceel voor 15 maart te bemesten met drijfmest of vloeibaar zuiveringsslib.

De maatregelen zijn niet van toepassing voor de teelt van maïs overeenkomstig de biologische productiemethode en de teelt van suikermaïs onder folie.