In augustus 2020 is een vervroeging van het verbod op de pelsdierhouderij aangekondigd. De wetswijziging hiertoe is onlangs naar de Tweede Kamer gestuurd. In de wetswijziging is bepaald dat aan pelsdierhouders nadeelcompensatie wordt verstrekt. Nadere regels over de compensatie zijn uitgewerkt in een beleidsregel. Voor compensatie komt schade in aanmerking die rechtstreeks het gevolg is van de omstandigheid dat de pelsdierhouder drie jaar eerder moet stoppen.

Vergoeding

De volgende posten komen voor compensatie in aanmerking:

  • Vergoeding inkomensschade, gebaseerd op het aantal fokteven dat mag worden gehouden op de betreffende locatie. Bedrag 3 (jaar) x € 51 per fokteef.
  • Vergoeding ter overbrugging van de benodigde periode voor het vinden van vervangende arbeid, voor de ondernemer(s) en ondernemende gezinsleden.
  • Vergoeding hogere afvloeiingskosten personeel, gebaseerd op de transitievergoeding die de ondernemer aan zijn werknemer dient uit te keren.
  • Vergoeding waardeverlies fokteven in verband met geldende vervoersverbod (€ 5 per dier).

Eigen risico 15%

Op het totaalbedrag op basis van bovenstaande componenten wordt een korting van 15% vanwege het normaal maatschappelijk risico toegepast.

Wel of niet geruimd

Bij de berekening van de nadeelcompensatie wordt onderscheid gemaakt tussen bedrijven die op dit moment nog in productie zijn en bedrijven die geruimd zijn (en daarvoor een ruimingsvergoeding ontvangen) zodat de ene categorie bedrijven geen voordeel of nadeel ondervindt ten opzichte van de andere.

Bedrijven die niet in productie waren

Ook bedrijven die niet in productie waren, maar wel aannemelijk kunnen maken dat zij wel van plan waren om in de periode 2021-2023 opnieuw te gaan produceren, kunnen nadeelcompensatie aanvragen voor deze drie gemiste productiejaren.

Sloop- en ombouwregeling

Het kabinet wil het slopen en ombouwen van stallen of gebouwen blijven subsidiëren, vanuit dezelfde doelen als oorspronkelijk beoogd, waaronder het stimuleren van het maken van een doorstart en het tegengaan van verrommeling van het landschap.