Voor de hoogte van de stikstofgebruiksnorm op bedrijven met graasdieren is het van belang of er sprake is van beweiden of van volledig maaien. Voor beweiden geldt een lagere norm dan voor volledig maaien. Daar staat tegenover dat de werkingscoëfficiënt van de aangewende drijfmest van graasdieren van het eigen bedrijf bij beweiden ook lager is. Met name bij bedrijven op zand- en lössgrond heeft dit tot gevolg dat de aanvoerruimte voor overige meststoffen (kunstmest) aanzienlijk hoger kan zijn bij volledig maaien.
Of sprake is van beweiden of volledig maaien wordt bekeken op bedrijfsniveau. Onder ‘grasland met volledig maaien’ wordt mede verstaan grasland waar uitsluitend jongvee van runderen niet ouder dan twee jaar wordt geweid, voor zover het aantal stuks jongvee in de wei niet groter is dan het aantal op het bedrijf gehouden ouderdieren of waar hobbymatig gehouden dieren worden geweid. Indien echter graasdieren worden ingeschaard, moet in alle gevallen gerekend worden met de stikstofgebruiksnorm behorende bij beweiden. Het inscharen van schapen in het najaar om het laatste gras op te maken kan daarmee ongewenste consequenties hebben voor bedrijven die verder niet beweiden. Naast dat voor de ingeschaarde dieren plaatsingsruimte nodig is, wordt hiermee ook de ruimte voor kunstmest aanzienlijk verkleind.