Op 17 maart 2020 start een extra openstellingsronde van de SDE+ voor hernieuwbare energie. Deze voorjaarsronde wordt in drie fases opengesteld tot en met 2 april 2020 om 17.00 uur. De opzet, techniek en categorieën zijn identiek aan de najaarsronde 2019. De regeling staat daarmee open voor projecten, die energie opwekken uit hernieuwbare bronnen, zoals wind, biomassa, zon, geothermie en water. De SDE+ subsidieert het verschil tussen de kostprijs van duurzame energie en ‘grijze’ energie. De regeling wordt veel gebruikt voor investeringen in zonnepanelen en mestvergisters. Sommige projecten konden in 2019 geen aanspraak maken op SDE+ door een negatieve transportindicatie bij hernieuwbare elektriciteit of ontbrekende vergunningen vanwege het stikstofbeleid. De extra openstelling geeft deze projecten de mogelijkheid een (nieuwe) aanvraag in te dienen.

Budget
Voor deze ronde is een budget van € 2 miljard beschikbaar. Dit is het maximale bedrag, dat in totaal tijdens de looptijd van de projecten aan subsidie betaald kan worden. De werkelijke kasuitgaven hangen af van de marktwaarde van energie en de daadwerkelijke energieproductie. De SDE+-subsidie wordt pas uitgekeerd op basis van de werkelijke energieproductie.

Transportindicatie verplicht
Om capaciteitsproblemen op het elektriciteitsnet te beperken is een positieve transportindicatie van de netbeheerder nodig voor een succesvolle aanvraag.

Aanvragen
Het is belangrijk de subsidieaanvraag in de juiste fase te doen, aangezien de hoogte van de subsidie en de voorwaarden verschillend zijn per fase.

SDE+ vervangen door SDE++
Deze voorjaarsronde is de laatste ronde onder de huidige SDE+-regeling. Dit najaar wordt de huidige regeling omgezet en verbreed naar SDE++ (Stimuleringsregeling Duurzame Energietransitie). Deze nieuwe regeling maakt het mogelijk om naast hernieuwbare energieproductie ook andere emissiereductietechnologieën te stimuleren. De SDE++-regeling is met name gericht op reductie van de CO2-emissie.